maandag, 03 december 2012 20:54 |
Zijn er woorden als je je zo verslagen voelt en zinnen als een mokerslag zich zo onaangekondigd aandient. Een poging. In de begin jaren 80 schreef ik met een meisje van mijn leeftijd een studentenblad in Utrecht vol. Elders in Groningen deed Martin Bril dat met zijn studiegenoten ook. We stuurden kleine briefjes waarin we elkaar complimenteerden met de columns, met de gekozen woorden en de schitterende zinnen. We gingen soms naar Amsterdam om deelgenoot te zijn van experimenteel theater van de toneelgroep De Mug met de Gouden Tand. Tegen de gebruikelijke stormen in roeiden die leden, later bekend van de schitterende tv-serie Hertenkamp. In die tijd, soms, ergens in het schaduwlicht op de achtergrond in zomaar een klein theatertje of achterafzaaltje zong een klein mannetje mooie liedjes. Bescheiden, verlegen zelfs, maar met een prachtige stem en een eenzaamheid die je kippenvel bezorgde. We hadden allemaal dezelfde leeftijd, we wilden er wat van maken, we gingen ieder onze eigen weg, maar de wereld zou nog veel van ons horen, beloofden we elkaar. Het meisje van toen is jong gestorven. Al weer meer dan 2 jaar terug is Martin Bril doodgegaan. Vanmiddag Jeroen Willems. Wat ooit was is voor mij feitelijk vandaag onomkeerbaar. Zijn stem, een herinnering. Zijn spel in schijnwerpers uiteindelijk niet meer dan schaduwen uit een verleden. Die onaangekondigde dreun van de dood maakt me aan de vooravond van mijn eigen verjaardag eenzaam. In groot verdriet duik ik onder.
|